Pensioen bij arbeidsongeschiktheid
Raakt u arbeidsongeschikt, dan kunt u mogelijk een WIA-uitkering en ABP Arbeidsongeschiktheidspensien (AAOP) krijgen. Dit kan het geval zijn na 104 weken arbeidsongeschiktheid, of eerder wanneer u versneld een IVA-uitkering krijgt. Ook als u arbeidsongeschikt bent, blijft u pensioen opbouwen.
ABP kan de WIA-uitkering aanvullen met het ABP-Arbeidsongeschiktheidspensioen (AAOP). De aanvulling is afhankelijk van;
- de mate waarin u arbeidsongeschikt bent,
- of u bent herplaatst in ander werk of ontslagen en
- de soort WIA-uitkering die u van het UWV ontvangt.
Het AAOP bestaat uit een mogelijke maandelijkse uitkering en een aanvulling op uw pensioenopbouw.
Zolang u nog niet wegens arbeidsongeschiktheid bent herplaatst of ontslagen, behoudt u de normale pensioenopbouw. Ook behoudt u uw (gedeeltelijke) maandinkomen dat u vanwege uw arbeidsongeschiktheid ontvangt eventueel aangevuld met de WIA uitkering. Samen mag dit niet hoger zijn dan het volledige maandinkomen.
U geeft bij de aanvraag van uw WIA uitkering aan dat uw werkgever deze aan u uitbetaald.
Uw werkgever ontvangt na 104 weken arbeidsongeschiktheid het AAOP zodat uw gebruikelijke maandinkomen bij ziekte wordt doorbetaald.
Sinds 1 januari 2018 geldt voor nieuwe uitkeringen dat u over het ontvangen van het AAOP afspraken met uw werkgever moet hebben gemaakt. De werkgever zelf kan geen verzoek meer indienen om het AAOP te ontvangen.
ABP Arbeidsongeschiktheidspensioen (AAOP) aanvragen
UWV is verplicht om aan ABP door te geven als u een WIA-uitkering krijgt. Zodra ABP deze gegevens heeft ontvangen, krijgt u van ABP een brief om uw arbeidsongeschiktheidspensioen aan te vragen. Dit kan ongeveer 3 maanden duren.
Meer informatie vindt u op abp.nl. Hier kunt u via de Check ABP Arbeidsongeschiktheidspensioen nagaan of u in aanmerking komt voor AAOP.